Hooibergen

Auteur Pim Steenbergen
door Pim Steenbergen
27 november 2018

Waar oorspronkelijk de oogst en wintervoorraad aan veevoer in de boerderijen zelf werd opgeslagen, ontstonden daarmee problemen toen het gemengde bedrijf zich meer ging richten op de veehouderij (15e/16e eeuw). Het hooi had veelvuldig last van broei en dat ging gepaard met brandgevaar. Zo ontstonden de “externe” hooibergen in de streek.

Elke buitenlander, die nu onze streek bezoekt, verbaast zich over deze bouwwerken, waarvan als enige in de bouwhistorie het hele dak naar wens kan stijgen en dalen.

Het meest bekend zijn de 4-roedige en dus 4-zijdige hooibergen, maar ook éénroedige, twee- tot zesroedige komen voor.

De verandering van bedrijfsvoering, intrede van krachtvoer, kuilgras en maïs maar ook de mechanisatie hebben hooibergen achterhaald. Slechts hier en daar ziet u nog een goed gevulde hooiberg bij een oude of milieubewuste boer, die vasthoudt aan zijn overerfde bedrijfsmethode. De oorspronkelijke houten hooibergroeden zijn in de loop der tijd al vervangen door stalen of betonnen exemplaren en de hooiberg zelf is vaak vertimmerd tot schuur of extra bergruimte.

De ouderwets”gekamde” hooiberg, zoals we hem kennen van de schoolplaten, is verleden tijd.

Bron: routeboekje Tureluren en Flierefluiten in het Groene Hart, auteur Pim Steenbergen, tekeningen Hans Ringers. Uitgever: stichting Struinen en Vorsen.
©2015 Niets van deze tekst mag geheel of gedeeltelijk vermenigvuldigd of gepubliceerd worden zonder toestemming van de uitgever en auteur.